De Zangers
Nicolaas
Het was september 2012 toen ik als 6-jarig jongetje op de open dag de koorschool binnenstapte. Het werd een gezellige ochtend, en meteen overgehaald door het aanstekelijke enthousiasme van dirigent Rintje te Wies startte ik kort daarna met de opleiding. In het jaar dat volgde kreeg ik samen met enkele andere jongens een jaar algemene muzikale vorming. We leerden veel basisvaardigheden die nodig zijn om goed te leren zingen en om samen te musiceren. Iedere les behandelden we een stukje theorie, waarbij we gebruik maakten van de cymbaal. We speelden en zongen samen veel leuke liedjes, en ontwikkelden zo op een speelse manier onze stem en muzikaliteit.
Na een jaar vooropleiding stroomden we door naar het Opleidingskoor. Daar oefenden we onze vaardigheden op het gebied van solfège en ritme, en daarnaast werden we klaargestoomd om deel uit te gaan maken van het Concertkoor. Dat betekende: veel
muziekstukken oefenen en veel Engelse teksten spreken. Aan het einde van dat jaar deed ik de test. Ik slaagde en was vanaf toen volwaardig lid van het Concertkoor.
Vanaf toen ging er pas echt een wereld voor me open. Op de repetities maakte ik kennis met talloze muziekstukken uit verschillende stijlen en ontdekte ik de rijkdom van de Anglicaanse traditie. Door de jaarlijkse Matthäusuitvoeringen met de Nederlandse Bachvereniging ontdekte ik al op jonge leeftijd mijn voorliefde voor oude muziek en de historische uitvoeringspraktijk. Door de individuele zanglessen kon ik mijn stem ontwikkelen en kreeg ik ook de kans om solo te zingen. Met dank aan mijn voornaam kreeg ik een solo in de St. Nicholas Cantata van Benjamin Britten: een ervaring die me de rest van mijn leven zal bijblijven. Door het zingen ontwikkelde ik ook mijn persoonlijkheid. Ik was altijd erg verlegen en durfde niet veel. Bij het solozingen kreeg ik altijd vreselijk last van zenuwen: er zijn dan ook vele traantjes gevallen in de consistorie van de Bovenkerk… Maar door de steeds groter wordende hoeveelheid podiumervaring kreeg ik gaandeweg meer zelfvertrouwen en durfde ik me met meer overtuiging te presenteren.
Daarnaast maakte ik door de muziek ook veel nieuwe vrienden en ontdekte ik de meest prachtige plekken. Inmiddels zing ik al meer dan 10 jaar bij het KBC, heeft het koor een vanzelfsprekende plek in mijn leven en is muziek mijn eerste levensbehoefte geworden. Ik heb gelukkig die vreselijke stemwisseling achter de rug en zing nu als bariton in het koor. De zanglessen bij leermeester Jasper Schweppe zijn erg leerzaam en helpen me om mijn stem verder te ontwikkelen. Hij inspireert me erg en laat een wereld van verrukkelijke muziek voor me open gaan. Ook geniet ik erg van de maandelijkse Choral Evensongs, de Festivals of Lessons &
Carols en al helemaal van onze tweejaarlijkse reis naar Engeland. In Westminster Abbey mogen zingen voelt als een groot voorrecht en een enorme eer. Daarnaast zijn de repetities met elkaar heerlijk. We vormen met alle jongens en mannen samen een diverse maar toch heel hechte groep waar ik me altijd thuis voel. In het met elkaar zingen ervaar ik muziek als de meest pure vorm van menselijke verbinding, dat maakt me altijd erg gelukkig.
Trouwens, een wijze man zei ooit: als je echt van muziek houdt, zal je nooit helemaal ongelukkig zijn.
Daar kom ik elke keer weer achter! Helemaal als je bedenkt dat er zoveel mooie muziek geschreven is dat je je de rest van je leven niet hoeft te vervelen… In ieder geval blijf ik het koor eeuwig dankbaar voor alles wat het mij heeft gebracht, deze ervaringen pakt niemand me meer af! En natuurlijk hoop ik vurig dat we met elkaar nog veel moois gaan beleven!! Op
naar nog vele gelukkige nootjes!!!!!!!
Nicolaas Stam